10 dagen “vakantie” in Borneo,
Met ons rugzak op kwamen we aan op Kota Kinabalu. Alleen de naam zelf is al leuk. De vochtige warmte komt je tegemoet als je het vliegtuig uitstapt. Omdat we het zuiden van Borneo vorige keer geweldig vonden zijn we nu het noorden gaan bezoeken. En het regen seizoen loopt om zijn einde waardoor het duikseizoen ook weer is begonnen.
Op internet vonden we een geweldige aanbieding om op de mooiste plek, Sipadan, te duiken en te verblijven op en oud booreiland. Wat we daarvan konden verwachten wisten we niet. Maar het klonk ons wel spannend in de oren. Air Asia bracht ons weer naar de andere kant van het eiland en met de bus nog een paar uur rijden. Je bent zo echt weer veel tijd kwijt met het openbaar vervoer. En we missen ons buske nu al. We verbleven de nacht in het dorpje aan de kust waar de volgende morgen de boot weer vertrekt naar het platform. Maleisie is ook wel weer een land waar alles makkelijk te regelen is. Goede hotels met lekker eten, vriendelijke mensen die je altijd willen helpen.
De volgende morgen zijn we naar de pier gelopen en hoopte dat alles goed was doorgekomen via internet. Dat blijft toch spannend als je boekt, betaald met je visa en verder niks hebt.
Maar er lag een enorme speedboot klaar en een mannetje stond ons weer op te wachten. Het blijft echt geweldig om met een speedboot, 80 km per uur (volgens de gps), tussen alle kleine eilanden te varen. Na een uurtje varen daagde het boorplatform op. Het water was echt glashelder en overal zag je al vissen zwemmen. Met een lift werden we omhoog gehaald en het personeel ontving ons weer op de hartelijke aziatische manier. Het was echt een ideale plek voor duikers. Zoveel als je maar wil
konden we duiken op het rif onder het platform en 3 keer per dag ging de boot uit om op de omliggende eilanden Kapalai, Mabul en Sipadan te duiken. Als we gingen duiken ging je met je uitrusting aan op de lift staan en werd je zo’n 15 meter lager in de boot geladen. Als je onder het platform ging duiken zakte de lift wat lager helemaal onderwater zodat je zo weg kon zwemmen. En als je boven kwam zwom je de lift in en werd je weer omhoog gehaald. Het toppunt van luxe voor een duiker!! Het platform zelf was zo’n 30 jaar oud en werd de laatste 10 jaar als duikbasis gebruikt. De kamers zijn wel wat oud maar prima voor ons. Er was genoeg ruimte
op de verschillende plekken op het platform om even lekker te genieten van de zon en het uitzicht op het eiland Mabul dat voor ons lag. De maaltijden waren heerlijk. Wat wil je nog meer!!
Het eiland Sipadan is het duikparadijs. Jac Cousto noemde dit het juweeltje. Het is een eilandje van 500 meter in omtrek vol met palmbomen en spierwitte stranden.
Veel schildpadden leggen hier eieren en het is sinds 2 jaar verboden hier te verblijven. De kustwacht controleerd dit ook regelmatig. Het rif zakt hier vanaf het
eiland gelijk naar 1500 meter diepte. De wanden zijn prachtig begroeid met alle kleuren en soorten koraal en het water is glashelder. De ideale plek voor alle soorten vis. Per duik zagen we ongeveer 20 schildpadden, 10 haaien, scholen baracuda’s en nog ontelbare vissen in alle kleuren.
De eerste keer geloof je je ogen niet en wordt je helemaal gek als je alle schildpaden aan elkaar wil laten zien. Na een aantal duiken zeg je niet eens meer dat je een schildpad ziet en hang je alleen maar te genieten. De schildpadden komen zo dicht bij je dat je alle tijd hebt om 5 minuten met ze mee te zwemmen. Toen er 3 manta’s naast elkaar voorbij kwamen was het wel weer druk met handgebaren onderwater. Echt paradijs kun je wel zeggen. Als je terug komt op het platform staat er weer een lekker hapje en drankje voor je klaar.
Toen we een keer aan het duiken waren en weer heerlijk aan het genieten waren om ons heen, hoorde we een enorme dreun. We keken elkaar aan en konden het niet thuisbrengen.
Bovenwater vertelde we onze begeleiders wat dat was. Ze vertelde dat er 15 km verder op nog steeds illegaal gevist wordt met dynamiet. Het geluid gaat zo ver dat je het hier onderwater kan horen. Ongelooflijk dat ze dat hier op deze mooie plek doen. Gelukkig is dit gedeelte een beschermt marinepark. En we konden het bijna niet geloven.
We hadden 4 dagen op dit boorplatform geboekt. Maar hebben er nog een nachtje bij geboekt. We zaten er met allerlei nationaliteiten. Zweden, Japan, Schotland, Amerika en Maleisie. De avonden waren daardoor erg gezellig. Vooral de japanse meisjes hebben we erg mee gelachen en veel van geleerd. Ook de crew van geweldig. Je zit er ook een beetje vast zoals op een boot. Hierdoor praat je met iedereen heel makkelijk en wordt het heel snel gezellig. Met 5 duiken op een dag hebben we ook aardig vermaakt deze dagen. We konden er geen genoeg van krijgen. Het enige nadeel was dat we bedbugs (bedvlooien) hadden. Frank had op 1 nacht 99 bulten op zijn rug en martine 45. Jeuken dat het deed. Het bed was ook al wat ouder. Maar dit vergeet je heel snel als je al met moois om je heen ziet.
Wat een geweldig paradijs onder en bovenwater!! We hebben weer zijn best gedaan om wat foto’s te maken onderwater om jullie ook mee te laten genieten.Met heel veel moeite hebben deze plek verlaten en raden het echt iedere duiker aan.
Met de speedboot werden weer afgezet aan land. En dan is het zeker niet afgelopen met het paradijs. Borneo is het land met de meeste verschillenden soorten planten en dieren. Nog steeds worden er hier nieuwe soorten gevonden. Het Wereld Natuurfonds is hier ook heel druk bezig om al het moois te behouden. Want de bomen zijn ookhier weer goud waard. In een mooi park konden we over hangbruggen door de boomtoppen lopen. Je bent dan echt een onderdeel van de jungle. Overal zijn er vogels en vlinders te vinden. De broeierige warmte zorgt ervoor dat er van alles groeit en bloeit. Ook groeit hier de grootste bloem ter wereld. De Raflessia. Wij zagen er een van 63 cm doorsnede. De grootste die er ooit gebloeid heeft is 1 meter in doorsnee. Echt mooi. Maar je moet wel geluk hebben om hem te vinden. We waren er een hele tijd naar op zoek. Want als hij in bloei staat leeft hij maar 8 dagen. Een paar lokale jongetjes die wat centjes wilde verdienen hebben er ons door de jungle naar toe gebracht.We waren dus erg blij om eindelijk de Raflessia gezien te hebben. Wat een knoepert van een bloem.
Op Borneo staat ook de hoogste berg van Zuidoost Azie. En wel Mount Kota Kinabalu die 4250 meter hoog is. Helaas hadden we te weinig tijd om deze oude vulkaan te beklimmen. Het is wel een prachtig gezicht om uit de jungle ineens zo’n enorme vulkaan te zien. Onder de vulkaan waren verschillende hot springs waar je in kan zwemmen. Maar in die hitte vonden we het water wel erg warm. De mensen van Borneo vonden het heerlijk. En wij vonden het zeer amusant om te zien. Want als moslimland zwommen er weer verschillende hoofddoeken rond in het water.
In Borneo leven eigenlijk alle geloven naast elkaar. Moslim, christenen en Boedisten. Ook zie je veel hindoes uit India en natuurlijk zijn de Chinezen ook in grote getalen te vinden.
Het grootste voordeel, zeggen de mensen zelf, is dat ze heel veel feestdagen hebben. Toen wij er waren was het chinees nieuwjaar. En dat is niet 1 dag, maar een
hele week feest. Op straat worden de drakendansen gedaan. Dat is echt knap acrobatenwerk. Met 2 mensen onden het drakenpak springen ze op hoge palen heen en weer. Vooral het samenspel van de twee mensen is ontzettend knap en leuk om te zien.
Weer terug gekomen in het stadje Kota Kinabalu hebben we ons nog heerlijk vermaakt op de eilandjes vor de kust. Maar toen we goed keken zagen we dat al het riool van de stad zo de zee ingaat. De haven lag vol met plastic afval wat van de straten in de zee is gespoelt. Wat zonde toch. De mensen op het eiland zien het niet echt als een probleem en daardoor zal het voorlopig ook niet veranderen. Langs de kust staat ook een flinke stroming waardoor het afval zo weg is. Hellaas voor alle vissen en schildpadden die in het afval vast komen te zitten.
De tijd vloog voorbij en de 10 dagen “vakantie” waren alweer voorbij. Ons Buske zat nog steeds in ons hoofd. Maar op een hele andere manier als de vorige keer in Borneo. We hebben er echt van genoten. Een aanrader voor iedereen om deze mooie natuur te komen zien. Hij blijft op onze lijst staan om nog eens te gaan zien. Dus we komen hier zeker nog eens terug.
Vanaf hier via Bangkok naar Perth waar ons buske zou moeten staan en waar het Australie avontuur kan beginnen!!
Ook hieronder hebben we weer een voor ons toepasselijke spreuk die we hoorde tijdens de reis:
Het leven is één groot feest, je moet alleen zelf de slingers op hangen !